Het Omroep Zender Museum moet verhuizen naar een nieuwe locatie. Er is onderdak gevonden in de Gerbrandytoren te IJsselstein. Bezoekers zijn op de nieuwe locatie niet meer welkom in verband met de strenge veiligheidseisen.
Bunker
Tot op heden is het Omroep Zender Museum (OZM) nog gevestigd in een bunker op het terrein van het voormalige zendstation in Lopikerkapel. Naast het monumentale hoofdgebouw en de bunker staan op dit terrein nog meerdere bijgebouwen.
Overeenkomst opgezegd
Afgelopen september is het historische Nozema gebouw uit 1939 en het terrein met bijgebouwen door KPN verkocht aan een projectontwikkelaar. Het OZM heeft sindsdien een gebruiksovereenkomst met de nieuwe eigenaar voor de bunker waar het museum in is gehuisvest. Deze overeenkomst is per 30 september aanstaande door de eigenaar opgezegd, waardoor het OZM de bunker moet verlaten.
Nieuw onderdak
Het museum heeft echter al weer onderdak gevonden in de buurt van de huidige locatie. “Dankzij de welwillende medewerking van Alticom, eigenaar van de communicatietorens in Nederland, hebben we nieuwe huisvesting gevonden. Het OZM gaat twee verdiepingen gebruiken in de TV toren in IJsselstein.”, aldus het museum.
Geen bezoekers meer
De verhuizing heeft de nodige consequenties omdat de nieuwe ruimte aanmerkelijk kleiner is dan de huidige locatie. Ook zijn er in de toren strenge eisen op het gebied van veiligheid. “Daardoor zal het ontvangen van bezoekers zoals we nu doen tot onze spijt niet meer mogelijk zijn. We zoeken nog naar mogelijkheden om tenminste een deel van onze collectie voor publiek toegankelijk te houden.”, aldus het OZM.
Laatste bezoek
In verband met de komende verhuizing is het niet meer mogelijk het OZM te bezoeken, met uitzondering van het weekend tijdens de open Museumweek op 8 en 9 april. Tijdens het open weekend zal er een verkoop zijn van apparaten, onderdelen, meetapparatuur, radio’s en TV’s die overbodig of dubbel zijn dan wel niet tot de kerncollectie van het museum horen.
Stichting blijft bestaan
De stichting Omroep Zender Museum blijft gewoon bestaan. “We werken aan plannen om toch voor het publiek zichtbaar te blijven. Dit kan bijvoorbeeld door het geven van lezingen op locatie of het inrichten van tijdelijke exposities bij anderen.”, aldus het museum via een nieuwsbrief.
