De beste en meest creatieve producenten krijgen direct toegang tot het bestel om vernieuwende programma’s te maken die het publiek nergens anders kan vinden. De publieke omroep wordt onderscheidender, innovatiever en slagvaardiger, want alleen zo heeft de publieke omroep een toekomst. Dat is de hoofdconclusie van staatssecretaris Sander Dekker (media) in zijn toekomstvisie op de publieke omroep.
Dekker kondigt in deze visie tal van maatregelen aan waardoor de publieke omroep de mogelijkheid krijgt om sterker, meer onderscheidend en innovatiever programma’s te maken voor een kritischer publiek dat steeds vaker zelf bepaalt wat, waar en wanneer er gekeken wordt. “Het medialandschap verandert in hoog tempo. Aanpassingen aan de publieke omroep zijn onontkoombaar,” aldus Dekker. “De publieke omroep moet de komende jaren stevig worden verbouwd om relevant te blijven.”
Minder amusement, meer onderscheiden
Het medialandschap verandert met de dag. Nieuwe (internationale) spelers vergroten het aanbod voor het publiek en dat zal in de toekomst verder toenemen. Het is de taak van de publieke omroep om onderscheidend aanbod met publieke waarde te maken. De overlap met de commerciële omroep moet worden beperkt en de publieke omroep krijgt de wettelijke taak om programma’s te maken die informeren, bijdragen aan educatie of raken aan onze culturele identiteit. Dat is een aanscherping van de huidige taak van de publieke omroep. “Programma’s die slechts amusement nastreven kunnen prima door de commerciëlen worden gemaakt en dus niet meer door de publieke omroep. Voor ieder programma moet het duidelijk zijn waarom daar belastinggeld in wordt gestoken,” aldus Dekker. “Ik heb liever dat de kijkers een programma op de publieke omroep waarderen met een tien, dan dat er tien kijkers meer afstemmen op een programma dat wel erg veel lijkt op dat wat ook elders te zien is.” Aan ieder publiek programma moet altijd een educatief informerend of cultureel doel ten grondslag liggen. Amusement kan daarbij een middel zijn, maar nooit een doel op zich.
Publieke bestel opengebroken
Het monopolie van de omroepen wordt doorbroken, de omroepen zijn niet langer meer de poortwachters van Hilversum. De publieke omroep wordt opengesteld voor andere partijen dan de huidige 8 omroepen. Creatieve jonge makers, maar ook maatschappelijke en culturele instellingen krijgen rechtstreeks toegang tot de publieke omroep. Deze nieuwe makers kunnen zorgen voor betere, veelzijdige en meer vernieuwende programma’s. Hierdoor ontstaat er een creatieve competitie. Van het totale programmabudget van de publieke omroep staat 50% open voor deze creatieve programma’s via de competitie tussen externe partijen en bestaande omroepen. Creatieve en innovatieve publieke omroep in plaats van het opvullen van het uitzendschema en de belangen van de afzonderlijke omroepen. De publieke omroep wordt hierdoor relevanter voor nog meer Nederlanders.
1 sterke NPO
Er komt meer zeggenschap voor de Nederlandse Publieke Omroep. De tijd vraagt om een slagkrachtige publieke omroep. Niet meer iedere omroep voor zichzelf, maar meer in gezamenlijkheid. Daarom zullen er verschillende taken worden overgeheveld van de 8 losse omroepen naar één NPO en de NPO gaat de gezamenlijke koers van de publieke omroep bepalen. Zo zal de publieke omroep verantwoordelijk worden voor alle programmarechten en de inkomsten hiervan komen dus ook ten goede aan de gehele publieke omroep en niet meer aan de individuele omroeporganisaties.
Regionale omroep
De regionale omroepen kampen met een dalend bereik, een sterk verouderd publiek en een verschuiving van het gebruik naar internet. Desondanks blijft de behoefte aan en het belang van nieuws en informatie over de directe leefomgeving onverminderd groot. De regionale journalistiek moet de rol van waakhond richting gemeenteraad en provinciehuis kunnen blijven spelen. Om de functie van de regionale omroep veilig te stellen, moet deze efficiënter worden georganiseerd zodat zoveel mogelijk belastinggeld gaat naar wat de kijkers en luisteraars belangrijk vinden: regionale programma’s van de hoogste kwaliteit. Daarvoor is verdere professionalisering nodig maar ook een meer gezamenlijke organisatie draagt hier aan bij. Daarbij valt te denken aan samenwerking tussen de ondersteunende afdelingen van de regionale omroepen, zoals salarisadministraties maar bijvoorbeeld ook gezamenlijke investeringen in techniek. Op de landelijke zenders komt er ruimte voor de regionale uitzendingen om zo het bereik te vergroten.
Hervorming
De hervormingsmaatregelen die het kabinet nu neemt om de publieke omroep klaar te maken voor de toekomst zijn het –voorlopige- sluitstuk van een eerder ingezette modernisering. De publieke omroep is inmiddels compacter en daarmee efficiënter: het aantal omroeporganisaties is afgenomen van 21 naar 8. Tevens vallen de regionale omroepen nu onder het Rijk in plaats van de provincie en is een aanvullende bezuiniging van 50 miljoen doorgevoerd. De Raad voor Cultuur publiceerde dit jaar een advies over de toekomst van het publieke mediabestel. Dekker kan zich zeer wel vinden in dit advies en gaat op sommige onderdelen verder. Alle maatregelen moeten waar mogelijk vóór, en in ieder geval vanaf 1 januari 2016 zijn beslag krijgen.
Het gehele document vind je hier: http://www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/kamerstukken/2014/10/13/kamerbrief-over-toekomst-van-het-publieke-mediabestel.html