Voor het eerst is het aantal Nederlanders dat films en tv-programma’s ‘streamt’, groter dan het aantal dat er wordt gedownload, blijkt uit de tweede editie van de zogenaamde Samsung technologiebarometer van het elektronicaconcern Samsung.
Stijging ten opzichte van 2014
“Op dit moment streamt 56% van de Nederlanders tv- en filmcontent, een stijging van 12% ten opzichte van 2014. Het aantal Nederlanders dat film- en tv-content downloadt, daalde het afgelopen jaar naar 44%. Ruim vier op de tien Nederlanders streamen nu minstens eens per week. 1 op de 5 doet dat zelfs dagelijks.”, aldus het onderzoek.
Uit het onderzoek van Samsung blijkt daarnaast dat het afgelopen jaar een omslag heeft plaatsgevonden in het gedrag van de Nederlander om voor streaming-diensten te betalen. Waar in 2014 2% van de Nederlanders geld uitgaf aan het streamen van films en tv-programma’s, doet op dit moment bijna 17% van de Nederlanders dat.
Televisie
Ondanks de grote opmars van smartphones, tablets en andere entertainmentapparatuur, blijft de televisie het toestel waarop Nederlanders het liefste films en tv-programma’s bekijken. Bijna negen op de tien (87%) kijkt dagelijks naar de tv, al dan niet On Demand. Gemiddeld doen we dit ruim drie uur.
Prominentere rol technologie in huishouden
De jaarlijkse Samsung technologiebarometer toont aan dat technologie in ons huishouden een steeds prominentere plek inneemt. Onze privéomgeving telt elk jaar meer apparaten waarmee we meer tijd doorbrengen. Ons huis telt gemiddeld 18 elektronische apparaten, een toename van 3,6%. Bij elkaar gebruikt elk huishouden de apparaten dagelijks bijna 15 uur. Dat is ruim drie uur langer (26,1%) dan een jaar geleden. Gartner verwacht dat in 2020 het gros van de apparaten in huis met het internet verbonden is. Wereldwijd bezit iedereen dan minstens 3 verbonden apparaten – smartphones, tablets en laptops buiten beschouwing gelaten.
Samsung technologiebarometer
Het is de tweede keer dat de Samsung technologiebarometer verschijnt. Het onderzoek beslaat 18 landen en 18.000 ondervraagden en richt zich op technologiegebruik, gewoonten en uitgavepatronen door volwassenen. Onderzoeksbureau Lightspeed GMI benaderde in elk land ten minste duizend respondenten en hanteerde specifieke wegingsfactoren per land. Ook in Nederland zijn 1.000 respondenten ondervraagd.
