Zeker 70 journalisten zijn tijdens hun werk gedood in de eerste helft van dit jaar. Het is daarmee een van de bloedigste perioden van de laatste tijd. Het ernstigste was de situatie in Syrië, waar vijftien journalisten en ondersteuners omkwamen. Dat blijkt uit het halfjaarlijkse rapport Killing The Messenger van het International News Safety Institute (INSI) woensdag waarover de Volkskrant bericht.
Het ernstigste was de situatie in Syrië, waar vijftien journalisten en ondersteuners omkwamen. Dat blijkt uit het halfjaarlijkse rapport Killing The Messenger van het International News Safety Institute (INSI) woensdag. Na Syrië bleek Nigeria de dodelijkste werkplek voor de pers. Daar werden zeven krantenmedewerkers gedood door een bom. Erg riskant voor journalisten zijn ook Brazilië, Somalië, Indonesië en Mexico.
Het dodental van 70 is hoog vergeleken bij de 56 voor de eerste zeven maanden van vorig jaar. ‘Journalisten zijn meer dan ooit het doelwit van vijanden van vrijheid’, zei directeur Rodney Pinder van INSI. ‘Het pistool en de bom blijven de favoriete methoden voor censuur in te veel landen.’